Nederland / Vestingwerk

Klooster Maria Roepaan


Markeren

Deel

Route


Vergelijkt men het huidige klooster in Ottersum met foto’s van voor 1944, dan is goed te zien dat ongeveer de helft van de gebouwen ontbreekt. Dit heeft alles te maken met het einde van de oorlog.

Begin september 1944 vorderde de Duitse Wehrmacht klooster Maria Roepaan. Eerst voor de inkwartiering van zo’n honderd soldaten. Die vertrokken alweer snel om plaats te maken voor nieuwe. Ook die bleven niet lang. Zij werden vervangen door vele honderden (dwang)arbeiders uit Duitsland onder wie veel oudere mannen en kinderen van nog geen 15 jaar. Ze moesten graven aan tankgrachten en loopgraven in de buurt. Daarbij kregen ze steun van Russische krijgsgevangenen.

Op zondag 17 september waren ze getuige van de geallieerde luchtlandingen in de regio. Ook vielen er bommen. Er brak paniek uit en het klooster schudde op z’n grondvesten. Kort daarna vertrokken de Russen weer. In de hele streek werd hevig gevochten. Om de talrijke gewonden te verzorgen, vestigden de Duitsers een noodhospitaal in het klooster. Ook herbergden de kelders van Maria Roepaan steeds meer vluchtelingen uit de omgeving. Hun aantal nam aanzienlijk toe toen de Duitsers het nabijgelegen Gennep op 15 oktober ontruimden. Lang bleven ze er niet, want ook het klooster moest weldra ontruimd worden. Duitse militairen namen er opnieuw hun intrek om er tot 2 februari 1945 te blijven. Alvorens zich terug te trekken, staken ze het klooster in brand. Het grootste deel ging in vlammen op.

Toen de Britse en Canadese legers enkele dagen later een groot offensief begonnen om het gebied tussen Maas en Rijn te veroveren, werd ook het klooster bevrijd. De Britten gebruikten de nog bewoonbare restanten als tijdelijke woonruimte.

Kleefseweg 9, 6595 NK Ottersum